Toen ik in Jakarta woonde deelde ik een huis met een paar jonge goden. We hadden daar een tuin, een tafel en een zwembad en hoewel we allemaal hard werkten hadden we ook veel tijd om het leven door te nemen. Dat waren lange en fraaie sessies in en rond het zwembad of op en rond een tafel.
Van de vier jongens met wie ik toen (zo’n 12 jaar geleden) het huis deelden zijn 2 nog steeds erg goede vrienden van mij. Inmiddels zijn we geen jongens meer maar zijn we allemaal buikige mijnheren geworden met dus of grijs haar. De ene woont op Bali, de ander in Bangkok en ik in Oost Afrika. Lang leve Skype, facebook, e-mail en Kenya Airlines; de vriendschap kan onderhouden worden door het uitwisselen van dagelijksheden.
Van Daan uit Nederland kreeg ik laatst een feestpakketje opgestuurd. Hij zond het naar de ambassade en het duurde een tijdje dat men er daar achter gekomen was dat er ene Alexander in hun stad woont. Maar het bericht kwam binnen en ik kreeg het pakket in handen. Naast tijdschriften, een brief, een kindertekening zat ook het nieuwste werkje van Giphart in dat pakket. Dat boek ‘IJsland’, heeft het fraaiste omslag dat ik in jaren zag; (het krijgt vast een prijsje bij de bestverzorgde boeken van 2010) en dat het boek gif groen op-snee is, is een kadootje van de uitgever. Er wordt geen één boek meer door verkocht en is vrij prijzig om dat te drukken, maar het is mooi en alleen gedaan vanwege de mooiheid (en omdat ik er nu over schrijf). IJsland heeft een paar thema’s en onderwerpen. Doeltreffend beschreven door Giphart in rake zinnen en mooie observaties. Op iedere pagina staat minstens een juweel van een zin maar die pagina is al weer snel omgeslagen; het boek is een page turner. Een van de thema’s is ‘vriendschap’, en da’s een fijn onderwerp. Hij doet ook een paar pogingen om het geval vriendschap onder woorden te brengen (‘verliefdheid zonder seks’). En dan schets hij het verhaal van 2 broers die een theaterprogramma hebben waar de ik-persoon als derde aan toegevoegd wordt als een buitenstaanderige extra die het theaterprogramma van zout en peper, van bagage en gewicht moet voorzien. Het wordt beschreven als een ultieme vriendschap.
Niels uit Bangkok is een vader van drie kinderen en de echtgenoot van de juwelendiva uit de Thaise hoofdstad (ze is gewoon Nederlandse). Niels adviseert over en managet water projecten. Hij en zijn gezin wonen al lang in Azie en hij werd nu gevraagd een projekt van 2 dagen in Nairobi te doen. Het was een pietepeuterig klein project maar hij greep de kans met twee handen aan om even te komen buurten. In de afgelopen jaren hebben we elkaar met een regelmaat van zo’n 2 keer per jaar gezien. Meestal in Bangkok en een paar keer in Nederland. Bijna altijd zijn daar vrouwen en kinderen bij. In tegenstelling tot de Jakartaanse scènes waren er dus stoorzenders die aandacht nodig hadden. Als er vrouwen en kinderen zijn kan je niet op je buik in het gras liggen, de zon onder zien gaan en je gedachten de vrije loop laten. Kinderen willen dan dat er honden over je heen springen, vrouwen willen dan dat er salami’s gesneden worden en glazen gevuld worden. Er moet geëntertaind worden als er anderen zijn en voor die vrije loop van de gedachten is dat niet goed. he train of thoughts moet ongestoord kunnen doordenderen.
Niels kwam m'n huis binnenlopen, in drie minuten had hij de plek bekeken ‘...en zag dat het goed was’. Na 5 minuten had hij een korte broek aan en zaten we om de tafel, voeten op het blad, ogenknijpend tegen de ondergaande zon en we bespraken eerst de korte zakelijke informatie; hoe is het hier en daar mee, de crematie van R, de schoolresultaten en de pukkeltjes van zijn kinderen, mijn werk hier. En dan, binnen een minuut of 10 rolt de eerste ‘overweging’ over tafel. Zeg, wat vind jij hier van:....
Giph, de hoofdpersoon van het boek van Giphart is een geinige snellerik. Samen met zijn vrienden doen ze een wedstrijd vliegen af vangen, overtreffend trappen en outsmarten (gij zult niet woordspelen). Bij de heren is er een constante competitie en een angst om het respect voor elkaar al te duidelijk te maken, laat staan onder woorden te brengen. Het elkaar op een hoger niveau tillen is gevaarlijk, want dat betekent dat je jezelf ook wel eens naar beneden zou kunnen duwen. Bij hen is het belangrijker om op de schouders van de ander naar boven te klimmen. Als Giph een ellendige tijd doormaakt en daardoor optredens moet afzeggen wil hij zijn vrienden voor het leven aanvankelijk niet zeggen wat er aan de hand is. Uit angst dat ze er mee aan de haal gaan, er geintjes over maken of dat hij zijn zwakte toont.
Drie dagen was Niels hier en in die tijd hebben we zo’n 5 uur aan tafel gezeten en een wandelingetje van een uur of twee gemaakt. Ondertussen werkten we ook nog en werd hij verliefd op Kenia. Hij kwam met een open vizier en ging weg met een bonkend hart. In die drie dagen hebben wij een hand vol dingen die ons bezighoudt besproken. Twijfels, zorgen, mooie ervaringen en diepere drijfveren. Het slijpen van de geest en de kunst dat goed onder woorden te brengen.
Giph en zijn vrienden hebben ‘competitie’ als achterliggend motief in hun vriendschap. In tijden van crisis heeft dat eenzaamheid tot gevolg. Bij Niels (en nog een paar vrienden voor het leven van mij) is ‘respect’ en ‘leren’ de drijfveer. Kritiek is per definitie opbouwende kritiek en niet om de ander naar beneden te duwen. Verschillende inzichten zijn noodzakelijk om de blik te verruimen. Dat leidt er toe dat je, ook al woon je een paar duizend kilometer van elkaar af, meteen de draad weer kan oppakken.
En door Skype, facebook, en e-mail hoef je niet eerst door de blubber van chit chat heen...
‘Leren’ en ‘respect’... zou langzamerhand het Boeddhistische erfgoed in onze genen zijn binnengedrongen?