alexandervaleton@gmail.com http://alexandervaleton.tumblr.com/

Pagina's

dinsdag 18 september 2012

logeren bij Suzanne



Alweer een week of wat geleden was ik op een horrormissie in Berlijn.  Er hingen dikke zware wolken in mijn hoofd en buiten was het weer ook niet zo prettig. Ik moest rotzooi opruimen en daar ben ik niet zo goed in. Hoewel ik wel steeds beter wordt in het achterlaten van heel weinig sporen
.
eisenbahnstrasse
In de weken ervoor had ik in Kenia een documentaire geproduceerd met een Duits bedrijf. De regisseur werd een vriend en via hem regelde ik een appartement in Berlijn. In de Eisenbahnstrasse… dat klinkt ook al heel gezellig.
Jean woon op het platteland in Brandenburg en moet voor zijn werk vaak in Berlijn zijn. In dat dorpje waar hij woont, woont ook een oude vrouw, die heeft hulp nodig en haar dochter heet Suzanne. En die woont in dat appartement in de Eisenbahnstrasse, maar is dus vaak en veel in Brandenburg. Jean maakt regelmatig gebruik van dat appartement en nu mocht ik dat ook.

Het is vreemd om in een appartement te zitten van iemand die je niet kent, nog nooit gezien hebt en toch tussen haar spullen te zitten. Zij wist pas een dag van tevoren dat ik zou komen en had geen tijd om op te ruimen. Mij maakte dat niet zo veel uit, want ik hoefde alleen een bed, een koffie apparaat en een ijskast voor een biertje. Haar was hing over een wasrekje, de prullenbakken waren vol papier, de vuilnisemmer was wel leeg en achter de deur lag een tweetal exemplaren van Die Zeit. Aha… mevrouw is een intellectueel. Jean had mij verteld dat ik de kamer meteen rechts moest nemen en dat ik in de kast schone lakens kon vinden.

vettige keuken
Langzaam zette ik. stapje voor stapje, in het huis. Eerst van dat ene kamertje naar de keuken. De ijskast was bijna leeg, er lag een worteltje in te verpieteren en de melk was over de datum. Verder allemaal potjes met ingemaakte dingen. Het zag er uit als zelf gemaakt. Het tafeltje in de keuken was een beetje plakkerig en het gootsteendoekje waarmee ik het schoonmaakte stonk nadat het nat was gemaakt. Ik pakte een glas en schonk wat wijn uit een open fles en schonk de rest van de fles in de gootsteen. Biologische wijn uit zuid Duitsland. Goed onthouden, moet nieuwe wijn voor Suzanne kopen.
Op alles in de keuken lag een laagje stof en door de vettigheid was het plakkerig geworden. Suzanne is niet zo erg van het schoonmaakwerk. Wel van het goede koken. In een kastje vond ik een batterij pannen. Van heel klein tot een soeppan voor een legereenheid en alle maten er tussen. En ze waren allemaal gebruikt. In een la lagen haar messen. De keuken was een beetje een vies zootje, maar die messenla was heel netjes en heel opgeruimd en de messen waren allemaal scherp geslepen. Het aanzetmes lag ernaast, vakkundig gebruikt.
Zo, dus die Suzanne is een Zeit-lezende kok.

noodzakelijke koffie
Het kamertje waar ik sliep rook naar oud stof. Ik zocht naar een stopcontact en moest daarvoor wat boeken uit een kast halen. Achter de kast kwam ik het stof tegen. Dikke zware wolken. Dat stof zat ook in het oude kleed op de grond, wat weer over een tapijt heen lag. Ik werd er een beetje kriebelig van. Eigenlijk was die kamer een heel groot stofnest, alleen het pad van de deur naar het bed was vrijgelopen. Terwijl mijn computer aan het chargen was wandelde ik door haar boekenkast. Het was een veemde collectie; veel oude DDR boeken over steden, veel over monumenten en veel over duitsche geschiedenis. Zware kost allemaal en in al die boeken zaten post-it’s. Suzanne had een zwak voor ingewikkelde boeken over saaie dingen.
Een intellectuele kok met een geschiedenis tik, die niet van schoonmaken houdt.

Ik wandelde over straat, deed kleine boodschapjes en keerde terug om in de in de stofhut te slapen. De volgende ochtend werden de cirkeltjes die ik door het huis maakte iets groter. Op zoek naar een internetverbinding veroverde ik een volgende kamer; haar slaapkamer. Een onopgemaakt bed met een kluwen van haarbandjes, haarklemmen en elastiekjes op het nachtkastje. Roodbruine haren heeft Suzanne. In de slaapkamer stond ook haar bureau, op de houten vloer had ze een hard plastic plaat gelegd zodat ze met haar bureaustoel rijden kon. De stoel was gammel, een leuning was afgebroken en hing naar beneden, de rijplaat zat vol krassen. Op haar bureau lagen stapels boeken. Open, met geknakte ruggen, met post-it’s. Ze was duidelijk ergens mee bezig, iets aan het lezen, zich in iets aan het verdiepen. De boeken gingen over Oostduitse landhuizen, over tuinen, over insecten en vogels, over de geschiedenis en de literatuur van het oosten van Duitsland. Dingen bij Leipzig, Dresden, Vor Pommern. Ik zat een uurtje in haar stoel en las wat hap snap door de boeken heen.
Je mag natuurlijk iemands post niet lezen, maar iemands boeken doorbladeren, de aantekeningen op de post-its lezen, is ook al een hellend vlak. Haar handschrift was schooljuffen netjes. Keurig Duits met hoofdletters en ringel-essen, punten en komma’s en zeer zorgvuldig. Als ik even snel een aantekening maak dan denk ik niet over dat soort dingen na, dan schrijf ik kreten, geen hele nette zinnen. Suzanne wel.
Haar onopgemaakte bed zag er uit alsof ze groot was, en alsof ze weinig bedbezoekers heeft. De lakens waren wit en schoon, het enige echt schone in het hele appartement. Het kussen had een diepe deuk van een hoofd. Suzanne was het huis snel uitgegaan, had haar computer van haar bureau gegrist en keek niet meer om toen ze de slaapkamer verliet.

kunst in huis
De muren van het appartement waren in allerlei kleuren geschilderd. Ooit was er wel een plan geweest; de ene kamer aarde rood, de keuken lichtgelig, het kamertje waar ik sliep was donkerrood, haar eigen slaapkamer was groenig. Maar de verf was goedkoop en gaan verkleuren, de vlekken waren later bijgewerkt en dat gaf nog grotere vlekken, de butsen en deuken konden niet verholpen worden en de muren stonden overal vol met volle boekenkasten. Om het opnieuw te schilderen zou een verhuizing vereisen.
Aan de muren hingen schilderijen. Veel kleine dingen die eigenlijk stuk voor stuk wel fraai waren, half realistisch. Ik vermoedde een ex-vriendje met talent, maar net niet genoeg talent om boven het maaiveld uit te komen. Hij maakte dingen waarin hij beroemde kunstwerken citeerde. Een interieur van een huis met een man op een stoel en een Van Gogh aan de muur of een huis met een Matisse bloemen behang, best geinig.

Na het inspecteren van de slaapkamer trok ik mij weer terug met Die Zeit aan de plakkerige keukentafel met verse koffie. Het lukt niet in het huis een internetverbinding tot stand te brengen. En door de donderwolken in mijn hoofd wilde ik geen ingewikkelde klusjes doen of op mijn knieën met kabels te gaan klooien in het stof of om mensen te gaan bellen over de Wlan (Duits voor WiFi). Ik besloot naar de kroeg om de hoek te gaan en daar nog meer koffie te drinken en hun internetverbinding leeg te trekken.  Het weer sloeg om.
Het was warm geworden en het huis bleef muf stinken dus zette ik alle ramen tegen elkaar open. In de Eisenbahnstrasse hebben huizen, zoals op heel veel plekken in Duitsland dubbele ramen. Dus zette ik heel veel ramen open.

Om de hoek was niet alleen een internetcafé, maar ook een kledingzaak en in Kenya kan ik geen kleren vinden, maar in Duitsland wel. Op de weg terug naar huis zag ik een oude markthal, daar was een soort boerenmarkt met allemaal leveranciers uit de buurt die echte top producten verkochten. Ik hoorde dat het buiten hard begon te waaien. De wijnwinkel verkocht prachtige bio wijnen en voor Suzanne kocht ik een paar flessen. Zij had geen huur gevraagd, maar een paar flessen wijn zou ze vast wel accepteren… en teruggeven kon ze sowieso niet. Terwijl ik in de markthal was begon het te regenen.  Ik had geen zin om me te haasten, maar deed dat toch, al was het maar om niet nat te nat ‘thuis’ te komen. Het regende niet; het hoosde.

zou dit suzanne zijn?
Thuis vond ik een rotzooi, door de wind waren de papieren door het huis gewaaid. De stapeltjes die overal lagen, lagen nu in de stofvlokken op de grond, en in de woonkamer, waar ik nog niet geweest was, was het wasrek omgewaaid. Ik sloot de ramen, hoewel de wind voor de regen uitgekomen was en er nu een natte klamme hitte heerste.
Om weer wat orde te scheppen probeerde ik de stapels papier in de juiste volgorde te leggen, op de plek waar ik vermoedde dat ze vandaan kwamen. En dan het wasrek. Suzanne was niet alleen een lange, maar ook een vrij stevige vrouw. Hoe intiem is het om iemands was op te ruimen? Ik zou er geen probleem mee hebben als iemand dat voor mij zou doen, ondanks de gaten in mijn onderbroek. En het was schone was. Zou Suzanne het erg vinden als ik haar was zou opvouwen? Ik heb nog nooit de was van iemand opgevouwen die ik niet heel goed ken, maar Suzanne zou ik waarschijnlijk nooit leren kennen. Kan je je schamen voor iemand die je niet kent?  Suzanne kende ik al een beetje, ik kende haar boekenkast, haar handschrift, haar kookkunsten, de kleur van haar haar…
Maar zij kende mij niet.

In de woonkamer ruimde ik het wasrek op en vouwde haar kleren in stapeltjes. Maakte een plekje op haar tafel stofvrij en legde daar de stapeltjes neer. Aan de muur daar hing, achter de home trainer een grote tekening van een vrouw met roodbruin haar. Ee meer dan levensgroot portret. Dat zou Suzanne wel eens kunnen zijn, maar wie wil er nou een levensgroot portret van zichzelf in huis hebben. Ze zag en groot en stevig uit, maar niet heel dik, en de onderbroeken die ik aan het opvouwen was waren toch echt van een dikkige vrouw. Er ging vrij veel uitgerekt elastiek door mijn vingers. Als dat Suzanne was, was het de Suzanne van een paar jaar geleden.

mooie bilbliotheek
Op weg naar Nederland reed ik bij Jean langs. Ik moest hem de sleutels van het appartement brengen. Hij heeft een oude boerderij gekocht in een klein dorp en langzaam restaureert hij schuur na schuur terwijl hij  ondertussen overal op de wereld mooie documentaires maakt. Toen we de volgende ochtend zaten te ontbijten reed er een oude Volkswagen Polo voorbij “Dat is Suzanne… zullen we haar uitnodigen voor koffie?” Jean keek me aan met een schalkse blik en ik zei: “Nee, ik ken Suzanne al en vind haar geweldig… ik wil haar graag niet in het echt zien.” Jean is een halve kunstenaar en snapt dat soort dingen. Hij vroeg: ”…en hoe ga je dat oplossen?” en ik zei: “De volgende keer wil ik dat ze voor ons kookt en dat ze me vertelt over Schloss Brandenburg, over de tuinen van Sans Sousci, dat ze vertelt over Gartenentwurf im DDR-zeit, dat ze vertelt over het project van telefooncellen vol met boeken….”
“…Oh, dat project is hier, hier in het dorp…” zei Jean.
kerk met bibliotheek
En we wandelden naar het kerkje en de telefooncel en Jean vertelde dat Suzanne zo’n geweldige, ferme vrouw is, dat ze zo goed voor haar moeder zorgt en als ex-DDR meisje niet aan de bak komt in de nieuwe wereld.  Haar specialisatie als kunsthistorica in de geschiedenis van de Duitse tuinen is een klein werkgebied. Hij vertelde dat hij haar altijd onderdak zou geven en dat ze geweldig kan koken maar altijd vergeet daar geld voor te vragen en dat ze dat dus steeds minder doet.  Van haar bijstand komt ze niet rond en ze krijgt een beetje extra geld omdat ze voor haar moeder zorgt.

Ik hou van mensen als Suzanne, waar ik dan ook nog kan logeren.
Voor een paar flessen wijn en wat snacks.
Zonder dat ze me kent.
Haar was ruim ik graag op en wil haar altijd onderdak geven.
jeans bauernhof...en mijn motorfiets